Content Syndication
|
|
|
|
|
Pagina 1 van 1 |
|
|
Auteur |
Bericht |
vbu.ojh
Leeftijd: 46 Geslacht: Sterrenbeeld: Studieomgeving (BA): OU
Berichten: 4
|
Geplaatst: za 14 feb 2015 11:25 Onderwerp: Uithuisplaatsing en noodzaakcriterium |
|
|
Uit de uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland van 12 september 2014 (ECLI:NL:RBMNE:2014:4527) blijkt helder dat een machtiging tot uithuisplaatsing uiteindelijk een oplossing moet geven voor de zorgen met betrekking tot het kind en die een indicatie bleken voor indiening van het verzoekschrift.
In deze zaak meende de rechter dat er terechte zorgen waren ter zake de ontwikkeling van het kind. Op de zitting werd de gezinsvoogd gevraagd naar de termijn voor realisatie van de uithuisplaatsing. Daar kon de gezinsvoogd geen antwoord op geven en de rechter oordeelde hierop dat een machtiging uithuisplaatsing geen directe oplossing zou geven voor de zorgen met betrekking tot het kind. Het verzoek werd afgewezen.
Uit deze uitspraak blijkt mijns inziens het belang van de vraag naar de concrete invulling van de machtiging tot uithuisplaatsing. En ook dat wordt gekeken naar de termijn waarop het kind uit huis geplaatst kan worden. Want als blijkt dat de plaatsing niet binnen korte termijn kan geschieden, kun je je afvragen of er ook echt sprake is van noodzaak tot uithuisplaatsing. |
|
|
|
|
Firestarter
Leeftijd: 49 Geslacht: Sterrenbeeld:
Berichten: 439
|
Geplaatst: zo 01 mrt 2015 18:37 Onderwerp: |
|
|
In het koninkrijk der Nederlanden dient de “Jeugdzorg” om kinderen te mishandelen, die opstandig worden van alle mensenrechtenschendingen en leugens door onze overheid.
Zie bijvoorbeeld de uitspraak van het EHRM van 7-6-2011 in zaaknummer 277/05. Er wordt hierin overigens geen melding gemaakt van “medicijnen”, waarmee het slachtoffer vergiftigd is.
Vanaf 8-10-2002 werd een jongen op twaalf-jarige leeftijd veroordeeld tot 3 maanden (opgesloten) uithuisplaatsing (en 1 jaar onder toezichtstelling).
Op 8-10-2003 werd de detentie verlengd voor nog 1 jaar, in hoger beroep werd dit op 19-12-2003 verkort tot 6 maanden. Op 5-11-2004 verwierp de Hoge Raad de cassatie tegen de detentie, aangezien de jongen "geen belang" meer had (er waren immers al 6 maanden verstreken sinds 8-10-2003).
In de tussentijd werd de uithuisplaatsing steeds verlengd t/m half 2006 (t/m zestien-jarige leeftijd).
De moeder van de jongen diende n.a.v. de uitspraak van de Hoge Raad van 5-11-2004 een verzoekschrift in bij het EHRM. Het EHRM oordeelde dat: omdat er geen sprake was van een daadwerkelijk rechtsmiddel - aangezien de jongen geen cassatie in kon stellen tegen zijn veroordeling – de jongen onrechtmatig gedetineerd was (een schending van artikel 5 van het EVRM).
Dat het EHRM niet beter omgaat met de mensenrechten dan de Nederlandse rechters, blijkt omdat het EHRM weliswaar oordeelde dat Nederland de mensenrechten van deze jongen geschonden had, maar dat dit verder niet relevant is, omdat nadien de jongen steeds opgesloten is gebleven zonder daadwerkelijk rechtsmiddel (dat is dus de boel omdraaien).
Voor deze onrechtmatige jarenlange detentie (waarvan 6 maanden als onrechtmatig geoordeeld door het EHRM), wees het EHRM een schadevergoeding toe van totaal EUR 2.000,- (+BTW), of ongeveer EUR 11,- per dag onrechtmatige detentie. |
|
|
|
|
|
|
Pagina 1 van 1 |
|
|
U mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen U mag geen reacties plaatsen U mag uw berichten niet bewerken U mag uw berichten niet verwijderen U mag niet stemmen in polls
|
|
|
|